venerdì 16 aprile 2010








Adderbeet


In juli 2006 werd Buck door een adder gebeten. Ik hòòrde het zowat gebeuren, dwz een geblaf van Buck en buurhond Raisa, en het gesis van de adder. Ik had die adder in wat stenen achter de buitendouche wel al eens gezien, maar wist niet hoe ik het beestje weg kon krijgen en, er vanuit gaande dat een adder altijd voor mensen zal vluchten, liet ik het maar zo. Genoeg andere problemen aan mijn hoofd.

Eind van die middag was buurhond Raisa naar Buck gekomen, en om hem wat meer ruimte te geven om samen te spelen had ik de lijn van Buck wat langer gemaakt. Daardoor kon hij dichter bij die adder komen, die dus opeens deze enorme en luid blaffende honden voor zich moet hebben zien opdoemen, terwijl zij waarschijnlijk niet weg kon schieten, in elk geval niet naar achteren.

Vanuit mijn hangmat rende ik naar de plek des onheils, en zag daar Buck achter zijn hok liggen, iets wat hij nooit doet als hij geen behoefte heeft aan dit schaduwplekje als de zon al weg is. Hij kwam overeind toen hij mij zag, maar zakte meteen door alle vier zijn poten. Toen wist ik het wel zeker, dus probeerde meteen mijn eigen dierenarts te bellen, plus een dierenasiel, maar de eerste gaf geen gehoor (hij werkt part-time) en de tweede kon niet komen. De derde vet beloofde om meteen na zijn spreekuur te komen, dat was nog ruim een uur wachten, dus ging ik maar naast Buck zitten, om hem gezelschap te houden in zijn doodsstrijd. Maar hij leefde nog toen de dierenarts kwam, deze gaf hem meteen een cortisoninjectie. Hij kon toen weer lopen, dus we gingen naar binnen. Daar spoot Buck na enkele minuten een dikke straal puur bloed uit zijn achterste (gif schijnt je organen kapot te maken, dààraan ga je dood) en ik dacht: 'Nu valt hij dood neer'. Maar dat gebeurde weer niet, hij ging naast het bed liggen en raakte in coma. Dat is hij 3 dagen en nachten geweest, en toen hij weer bijkwam was hij te slap om te eten, drinken, plassen of poepen. Ik ging hem dus met een enorme spuit water in zijn bek druppelen, potjes babyvoeding idem via de spuit op zijn tong, hem luiers voor incontinenten om-plakken (die bleven niet lang zitten maar omdat hij zich niet bewoog voldeden deze ook als hij erop lag; ik was bang dat anders zijn plas door de dunne vloer in de slaapkamer van de benedenburen zou belanden!), naast de cortison-, vitamine- en diuretische injecties die ik hem moest geven, de infusen met fysiologische zout- en suikeroplossingen en oraal de paraffine-olie om af te gaan. Alles twee tot drie keer per dag, en een week lang, schat ik, waarin ik halverwege buurvrouw Margaret vroeg om mij te helpen hem te keren, omdat hij immers steeds op zijn natte luiers lag. Na ongeveer een week begon hij te bewegen, met alle vier zijn poten plat op de vloer gestrekt, dus meer dan als een zeehond schuifelen was het niet. Gelukkig is het in die schuifelperiode slechts enkele keren voorgekomen dat ik diarree moest ruimen, en zodoende heb ik een keer 's ochtends vroeg de dierenarts in pyama ontvangen, omdat ik verkoos de slaapkamervloer (bestaande uit oude plavuizen met diepe richels ertussen) schoon te maken boven mijn eigen toilet te maken.

Op een nacht was hij, al schuifelend, met één achterpoot achter een poot van het bed blijven haken, en hij heeft daar blijkbaar uren liggen worstelen, want de knieen van beide achterpoten waren grote wonden geworden. Dus die moesten vanaf toen ook behandeld worden, maar verband bleef er natuurlijk niet zitten, dus ik hoopte maar dat de zalf zijn werk ook zonder windselbedekking zou doen, door deze vaker erop te smeren.

De dierenarts, die de eerste dagen elke ochtend om 8 uur is gekomen, en daarna elke tweede dag, zei na een dag of tien dat Buck nu op zijn poten gezet moest worden om te lopen, want als hij dat niet snel zou doen, zouden zijn spieren te slap geworden of misschien zelfs teveel weggeteerd zijn, dat herinner ik me niet precies meer. Dus hing ik een enorme katrol in een balk van de slaapkamer, hing daaraan een hangmat, en vroeg een vriend om twee keer per dag te helpen met deze hond van ruim 45 kg op te takelen. De hangmat stroopte daarbij op tot een soort dik touw onder zijn achterlijf, dus ik moest zijn voorlijf met eigen kracht tillen. Een geluk bij een ongeluk was dat hij gewend was om zijn poten speels tegen mijn voeten en benen te duwen als ik dicht bij hem stond, en ik maakte daar altijd nog meer een spelletje van door 'spingere, spingere' (duwen) te zeggen, waarop hij zijn poten nog strakker tegen me aanduwde. Dat spingere riep ik nu weer zodra zijn voetzolen op de vloer stonden, en zowaar ging hij steeds meer en beter op zijn poten staan.

Dus al snel met hem naar buiten aan de lijn, maar daarvan was hij de eerste dagen al na enkele meters moe, ging zitten en was niet meer vooruit te branden, dan na een lange rustperiode. Het leek me beter voor hem èn voor mijn slaapkamer als hij de hele dag buiten zou doorbrengen, maar de vet zei dat ik goed moest oppassen voor vliegen, die graag hun eitjes in de wonden van een verzwakt dier leggen, zodat dit na een poos, als de eitjes zijn uitgekomen, van binnenuit opgevreten wordt door de maden, en alsnog sterft; hij had dat in zijn praktijk regelmatig zien gebeuren. Dus maakte ik voor Buck buiten een tent van doeken en als frame twee tafels, stoelen, en een hek. Mèt een ventilator erin, omdat vliegen niet van wind houden èn om het voor Buck zelf wat te verkoelen. Deze tent zie je hierboven op de beide foto's, de filmpjes tonen de verzorgingsspullen, Buck aan het infuus en hoe hij als een zeehond schuifelt.

Hij heeft het allemaal overleefd, en was al heel snel weer de oude. En een half jaartje later won hij zelfs de twee hoogste prijzen op een regionale hondenwedstrijd! Waarvan een foto in het vorige blog.




Nessun commento:

Posta un commento